2.5 Paragrafen

2.5 Paragrafen

Terug naar navigatie - 2.5 Paragrafen

A. Weerstandsvermogen
B. Onderhoud kapitaalgoederen
C. Financiering
D. Bedrijfsvoering
E. Verbonden partijen
F. Grondbeleid
G. Lokale heffingen
H. Transities Sociaal Domein 
I. Corona

Paragraaf A. Weerstandsvermogen en risicobeheersing

1. Missie

Terug naar navigatie - 1. Missie

De missie van de gemeente Montferland is om over een weerstandsvermogen te beschikken van ten minste een ratio van 2,0.

2. Context en achtergronden

Terug naar navigatie - 2. Context en achtergronden

Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en de risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen of verzekeringen zijn afgesloten. Het weerstandsvermogen van de gemeente wordt bepaald door de mate waarin de gemeente in staat is om in de toekomst aan haar financiële verplichtingen te kunnen voldoen.

waardering Ratio weerstandsvermogen Kwalificatie
A Groter dan 2,0 Uitstekend
B 1,4 tot 2,0 Ruim voldoende
C 1,0 tot 1,4 Voldoende
D 0,8 tot 1,0 Matig
E 0,6 tot 0,8 Onvoldoende
F Kleiner dan 0,6  Ruim onvoldoende

Het financieel beleid van de gemeente Montferland is gebaseerd op drie kernindicatoren voor het nastreven van een gezonde financiële gemeente:

  • een (materieel) sluitende meerjarenbegroting;
  • uitstekend weerstandsvermogen;
  • een houdbare schuldpositie.

 

4. Ontwikkelingen

Terug naar navigatie - 4. Ontwikkelingen

Beschikbare weerstandscapaciteit

Conform de nota reserves en voorzieningen 2018 bestaat onze weerstandscapaciteit uit de volgende componenten:

  1. De algemene reserve en de reserve "Verkoop aandelen Nuon;
  2. De reserve grondexploitatie (voor zover boven de minimale buffer van € 2,5 miljoen);
  3. Begrotingsruimte en de post onvoorzien.

Op grond van de begroting 2022 (en de bijbehorende meerjarenbegroting 2023-2025)  wordt de weerstandscapaciteit in Montferland als volgt berekend:

 

Verwachte weerstandscapaciteit 2021 2022
Algemene reserve € 1,5 mln. € 4,8 mln.
Reserve verkoop aandelen Nuon € 15,3 mln. € 15,1 mln.
Reserve grondexploitatie € 2,0 mln. € 2,1 mln.
Totaal  18,8 mln.  € 22,0 mln.

 

Het saldo van de Algemene reserve bedraagt per eind 2025 € 4,8 mln. De toename ten opzichte van 2021 wordt met name veroorzaakt door de toevoeging van de voordelige saldi van de jaarrekening 2020 en van de bestuursrapportage 2021. Daarnaast wordt aanvullend een bedrag van € 1,5 mln. in 2023 aan de Algemene reserve onttrokken voor de bijdrage aan sportvoorziening Open Club de Nevelhorst.

Het saldo van de reserve verkoop aandelen Nuon is bedraagt € 15,1 mln.

Het saldo van de Reserve Grondexploitatie bedraagt per ultimo 2025  € 4,6mln.  Deze reserve dient als buffer voor specifieke risico's in de grondexploitatie. In de nota reserves en voorzieningen 2018 is de minimale omvang van deze reserve bepaald op € 2,5 mln. Het bedrag boven deze minimale buffer wordt meegenomen in de bepaling van de weerstandscapaciteit.

Op basis van de nota reserves en voorzieningen nemen we ingaande 2019 de onbenutte belastingcapaciteit niet meer mee bij de bepaling van de weerstandscapaciteit omdat deze niet direct beschikbaar is (wel latent aanwezig).  Hierbij sluiten we aan bij de lijn die de provincie hanteert.

Ten opzichte van de begroting 2021 is de weerstandscapaciteit toegenomen met € 4,8 mln. met name vanwege de stijging van de Algemene reserve.

 

Benodigde weerstandscapaciteit

Voor de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit heeft er een inventarisatie van individuele risico’s plaatsgevonden. Omdat niet alle risico’s zich in de praktijk gelijktijdig en in volle omvang zullen voordoen is een minimaal risicobedrag berekend. Het reële risicobedrag is het gemiddeld verwachte risicobedrag dat nodig is op korte termijn. Op basis van de onlangs geactualiseerde risico-inventarisatie zijn 12 risico’s in beeld gebracht. Uit deze risico-inventarisatie en –analyse blijkt een reële risicobedrag van  € 3,25 mln. Dit is de benodigde weerstandscapaciteit van de gemeente. Dit risicobedrag is uit te splitsen in incidentele risico's en structurele risico's. De incidentele risico's bedragen € 2,2 miljoen en de structurele risico's ruim € 1 miljoen.

 

Indien de berekende weerstandscapaciteit (€ 22,0 mln.) wordt afgezet tegen de benodigde weerstandscapaciteit (€ 3,25 mln.) dan blijkt dat de ratio afgerond 6,72 is. Dit betekent dat de weerstandscapaciteit in Montferland per 1 januari 2022 het predicaat “uitstekend” krijgt. De omvang van het eigen vermogen en de voorzieningen zijn dus op uitstekend niveau om alle mogelijke risico’s op te vangen. 

 

 

Risico's

In het Coalitieprogramma Montferland 2018-2022 is aangegeven dat we in deze paragraaf een "top-tien" introduceren.

In de risico-inventarisatie ten behoeve van deze begroting zijn twaalf risico's opgenomen.

De tien grootste risico's uit deze inventarisatie zijn:

  1. Begrotingspositie (met name realisatie taakstellingen)
  2. Corona
  3. Sociaal domein
  4. Invoering omgevingswet
  5. Grote projecten 
  6. Leges omgevingsvergunningen
  7. Gemeenschappelijke regelingen
  8. Digitalisering/automatisering/applicatiebeheer
  9. Garantstellingen en leningen
  10. Overige risico's

 

Onderstaand een korte toelichting op de drie grootste risico's met de bijbehorende beheersmaatregelen.

 

Begrotingspositie

In de Kadernota 2022 waren de saldi 2023 tot en met 2025 positief. Alleen de jaarschijf 2022 vertoonde nog een klein tekort. Ten opzichte van de begroting 2021 zijn de risico’s voor dit onderdeel aanzienlijk verminderd. Het risico ligt er in dat de bezuinigingen niet volledig worden gerealiseerd. Er liggen nu nieuwe taakstellingen op het terrein van inkoop, bedrijfsvoering en overige. De totale taakstelling bedraagt oplopend tot € 3.300.000 in 2024. De taakstellingen op personeel en overige taakvelden worden gerealiseerd. Het risico zit met name in het behalen van de inkooptaakstellingen.

Voor deze inventarisatie gaan we uit van een maximaal risico van € 1 mln. en een reëel risico van € 500.000 (€ 250.000 incidenteel en € 250.000 structureel).

 

Beheersmaatregel:

Uitvoering van de P&C cyclus (met periodieke rapportages) is de beheersmaatregel om dit risico tijdig te signaleren en zo nodig tijdig te kunnen bijsturen. Uitvoeren van de bestuursopdracht inzake de taakstellingen.

 

Corona

Sinds medio maart 2020 is zijn we in een nieuwe werkelijkheid beland. Deze nieuwe werkelijkheid heeft ook in 2021 nog voortgeduurd en de onderliggende economische lijnen lopen ook door in de volgende jaren. Een pandemie had vrijwel niemand opgenomen in de risico-inventarisatie.
De precieze consequenties zullen pas later in volle omvang duidelijk worden. De exacte consequenties van inefficiëncy e.d. zijn niet direct in geld uit te drukken. We verwachten mogelijk nog wel een tweede orde effect, dat met name op sociaal domein kan drukken en mogelijk op de budgetten van sociale zaken. We gaan uit van een reëel risico van € 500.000 (incidenteel).
Het Ministerie gaat het steunpakket met ingang van 1 oktober 2021 beëindigen.

 

Beheersmaatregel

Wij hebben onze bedrijfsvoering op onderdelen aangepast zodat we op hoofdlijnen inzicht hebben in de kosten en minder opbrengsten die een direct causaal verband hebben met de gevolgen van Corona. Dit heeft zowel impact op onze lasten als ook baten. Hierdoor wordt het mogelijk om de diepe impact op hoofdlijnen te kunnen inschatten.

 

Sociaal domein

Het maatregelenpakket is vastgesteld en dit pakket zal ook periodiek worden gemonitord. De uitgavenkant blijft altijd een open eind regeling. De beheersing van deze uitgaven hebben wij maar ten dele zelf in de hand. Het maximale risico schatten wij  in op € 750.000 met een percentage van 50. (€ 200.000 incidenteel en € 175.000 structureel).

 

Beheersmaatregel:

Uitvoeren van de bestuursopdracht inzake de taakstellingen.

 

 

 

 

5. Financiële kengetallen

Terug naar navigatie - 5. Financiële kengetallen

Toelichting financiële kengetallen

De vijf financiële kengetallen geven samen een beeld van de financiële ontwikkelingen in de gemeente. Eén los kengetal zegt echter weinig over de totale financiële positie. Of een hoge schuldquote voor een gemeente nadelig is, hangt bijvoorbeeld af van het eigen vermogen en hoe groot de kans is dat de schuld weer wordt afgelost. Onderstaande een toelichting op de verschillende kengetallen.

 

Weerbaarheid: kan de gemeente tegen een stootje?

Netto schuldquote (ongecorrigeerd): De niet gecorrigeerde netto schuldquote geeft het risico voor de gemeente weer als derden niet aan hun verplichtingen kunnen voldoen. Denk bij voorbeeld aan een woningcorporatie, die geld heeft geleend bij de gemeente. Hoe lager, hoe beter.

 

Netto schuldquote (gecorrigeerd): De netto schuldquote geeft aan of de gemeente in staat is de schulden terug te betalen waarvoor zij volledig zelf aan de lat staat. Ook hier geldt: hoe lager, hoe beter.

 

Solvabiliteit: De mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Dit wordt berekend op basis van het eigen vermogen en de bezittingen van de gemeente. Hoe hoger, hoe beter.

 

Grondexploitatie: Het kengetal grondexploitatie geeft aan hoe groot de grondpositie (de waarde van de grond) is ten opzichte van de totale (geraamde) baten. Hier geldt: hoe lager, hoe minder risicovol.

 

Wendbaarheid: kan de gemeente zich relatief snel aanpassen aan veranderende omstandigheden?

Hierbij zijn de volgende kengetallen van belang:

Belastingcapaciteit: De belastingcapaciteit geeft inzicht in de mate waarin bij het voordoen van een financiële tegenvaller in het volgende begrotingsjaar kan worden opgevangen of ruimte is voor nieuw beleid. Hoe lager hoe beter.

 

Structurele exploitatieruimte: Dit kengetal geeft aan hoe groot de structurele exploitatieruimte is, door de structurele baten en structurele lasten te vergelijken met de totale baten. Hoe hoger, hoe beter.

Onderstaande tabel geeft de normeringen weer zoals aangegeven door de Provincie en BBV.

       Indeling categorieën (%)
  Kengetal A 'Voldoende'  B 'Matig' C 'Onvoldoende'
1a Netto schuldquote < 90% 90-130% > 130%
1b

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

< 90% 90-130% > 130%
2 Solvabiliteitsratio > 50% 20-50% < 20%
3 Structurele exploitatieruimte > 0% 0% < 0%
4 Grondexploitatie  < 20%  20-35% > 35%

5

Belastingcapaciteit 

< 95% 95-105% > 105%

 

Bijgaand de financiële kengetallen van de gemeente Montferland.

      Financiële kengetallen Montferland (%)
  Kengetal Rek. 2020 Begr. 2021 na w. Begr. 2022 Begr. 2023 Begr. 2024 Begr. 2025
1a Netto schuldquote 64% 74% 74% 73% 72% 66%
1b

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

57% 65% 64% 62% 62% 56%
2 Solvabiliteitsratio 27% 29% 31% 31% 33% 35%
3 Structurele exploitatieruimte 1,15% 0% -0,81% -1,01% -0,05% +0,05%
4 Grondexploitatie 4% 1% 0% 0% 0% 0%

5

Belastingcapaciteit 

106% 109% 105% 105% 105% 105%

 

Voldoende

Matig

Onvoldoende

De financiële kengetallen dienen in samenhang te worden bezien om onze financiële positie te beoordelen.

 

In 2022 vallen drie kengetallen in de categorie voldoende (netto schuldquote, netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen,  en grondexploitatie),  twee in de categorie matig (solvabiliteit en belastingcapaciteit) en één in de categorie onvoldoende (structurele exploitatieruimte). Onze structurele exploitatieruimte is nog wel een aandachtspunt.

 

Op basis van de bovenstaande indeling en rekening houdend met de ratio van ons weerstandsvermogen kunnen we  de financiële positie van onze gemeente als voldoende kwalificeren.

We zijn nog goed weerbaar en onze wendbaarheid is aanzienlijk verbeterd ten opzichte van de vorige begroting.

 

Paragraaf B. Onderhoud kapitaalgoederen

Missie

Terug naar navigatie - Missie

De gemeente Montferland heeft een grote oppervlakte aan openbare ruimte in beheer. Daarin vinden veel activiteiten plaats zoals wonen, werken en recreëren. Daarvoor zijn kapitaalgoederen nodig zoals wegen, rioleringen, kunstwerken, openbaar groen, verlichting en gebouwen. De kwaliteit van deze kapitaalgoederen en het onderhoudsniveau ervan is in grote mate bepalend voor de beleving en waardering van die openbare ruimte en uiteraard de (jaarlijkse) lasten. We streven hierbij naar een voldoende onderhoud van onze kapitaalgoederen.

Context en achtergronden

Terug naar navigatie - Context en achtergronden

De beleidsplannen stellen we tenminste eens in de 10 jaar vast, volgens de eisen van de provincie en het bepaalde in het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV). Dit betreft het onderhoud van de openbare ruimte en het beoogde onderhoudsniveau voor het openbaar groen, verlichting, straatmeubilair, sportfaciliteiten, water, wegen, riolering, kunstwerken en gebouwen. Eens in de vier jaar evalueren we de beheerplannen en zo nodig stellen we ze bij.

In de vastgestelde beheerplannen wordt per kapitaalgoed inzicht gegeven in het gemeentelijke beleid, de geplande onderhoudswerken en de daarvoor benodigde financiële middelen en eventuele ontwikkelingen en risico’s. 

Kaderstellende beleidsnota's

Terug naar navigatie - Kaderstellende beleidsnota's

• Coalitieprogramma Montferland 2018 - 2022
• Gemeentelijk Rioleringsplan Montferland (Verbreed GRP 2016 – 2020) + 2021
• Groenbeleidsplan vast te stellen in 2021
• Integrale Verkeers en vervoerplan (IVVP) 2021 - 2025
• Hondenbeleidsplan
• Speelbeleid (2015 - 2030)
• Beleidsplan wegen (2021 - 2025)
• Beleidsplan zand- en halfverhardingswegen (2019 – 2028)
• Beleidsplan Civiele Kunstwerken (2019 - 2023)
• Beleidsplan Openbare Verlichting (2020 - 2024)
• Beleidsplan Gladheidsbestrijding ( 2016 - 2021)
• Uitvoeringsplan Gladheidsbestrijding (2020 - 2021)
• Bomenbeleidsplan 2020

Ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Ontwikkelingen

Onderstaand een toelichting per onderdeel. 

Wegen en bermen.

Algemeen.

In 2021 is het wegenbeheersplan 2021 – 2025 door het college vastgesteld. Hierin is de onderhoudsplanning opgenomen die is gebaseerd op het minimale onderhoudsniveau volgens de CROW-richtlijnen. Hierbij wordt eventuele aansprakelijkheid voorkomen.

Areaal wegennet

Onderdeel

Lengte (km)

Oppervlakte (m2)

Verharde wegen

377

 

Onverharde wegen

65

 

Fietspaden

  51

 

Asfaltverharding

 

1.039.687

Elementenverharding

 

1.447.094

Betonverharding

 

     27.243

Onverhard/halfverhard

 

   189.865

 

Het gehele areaal aan wegen vertegenwoordigt een waarde, de vervangingswaarde. De vervangingswaarde geeft een globale indruk van de waarde van de verhardingen, ervan uitgaande dat het bestaande areaal opnieuw aangelegd zou moeten worden. De totale vervangingswaarde van alle verhardingen in beheer van de gemeente bedraagt rond de € 155 miljoen.

Wegen

Om wegbeheer op een juiste manier te kunnen uitvoeren is het van belang om te weten wat het totaal te onderhouden areaal is, wat de technische kwaliteitstoestand daarvan is en hoeveel geld er nodig is om het areaal op het vastgestelde kwaliteitsniveau te houden. In het beheersplan wegen is ook de invloed van het vastgestelde beeldkwaliteit verwerkt. Hierin worden de winkelgebieden en historisch centrum op beeldkwaliteit B onderhouden in plaats van alle overige gebieden op C-kwaliteit.
Om het aangegeven onderhoud mogelijk te maken bedraagt de jaarlijkse toevoeging aan de voorziening groot onderhoud wegen € 677.089 in 2021, € 661.970 in 2022, € 646.851 in 2023, € 631.732 in 2024 en 2025. Voor klein onderhoud (niet planbaar) is jaarlijks een bedrag van € 253.219 benodigd.
De wegen worden eenmaal per jaar visueel geïnspecteerd volgens de CROW richtlijnen. Op basis van die inspectie wordt een actueel beeld verkregen van de conditie daarvan. Deze
gegevens zijn het startpunt voor het opstellen en zo nodig bijstellen van een meerjarig onderhoudsplan. In 2021 zijn de wegen geïnspecteerd.

Kwaliteit

De meeste wegen binnen de gemeente Montferland verkeren in goede tot zeer goede staat. Bij asfaltverharding is dit bijna 76% en bij elementenverharding ongeveer 93%, in beide gevallen boven het landelijk gemiddelde.

Verouderde verhardingen.

De storting in de voorziening voorziet niet in het vervangen van verouderde verhardingen. Het wegenareaal is zodanig aan het verouderen dat het noodzakelijk is de verhardingsmaterialen (asfalt en elementen) te vervangen. In 2018 is hiermee begonnen (Deel Dr J.H. van Heeklaan in ’s-Heerenberg) vervolgens de Graaf Hendrikstraat, Kerkweg en vervolg Dr J.H. van Heeklaan, Daltuin en Montferlandsestraat. Diverse wegen zijn in voorbereiding zoals Violenstraat, Tuinstraat, Schoolstraat, Hiedenbrinkstraat en deel Pastoor ter Rielestraat, Prins Bernardstraat, Julianastraat. Dit wordt de komende jaren voortgezet. De redenen om deze wegen op te pakken is om ook in de toekomst de onderhoudskosten beheersbaar te kunnen houden en de aantrekkelijkheid van onze kernen goed te houden en achteruitgang in uitstraling en beleving te voorkomen. Jaarlijks is hiervoor € 530.000,= beschikbaar.

Straten in Braamt in Zeddam
Graaf Hendrikstraat al vervangen, Hiedenbrinkstraat in voorbereiding

 

 

Onderhoud onverharde wegen
In 2019 is het beleidsplan zand- en halfverhardingswegen 2019-2028 door de Raad vastgesteld. Eén van de onderdelen is het uitvoering geven aan het plan om met de aanwonenden te kijken welke optie (behalve het verharden met asfalt en/of klinkers) de voorkeur heeft om de stofoverlast en de kuilvorming te verminderen. De opties bestaan hoofdzakelijk uit het stabiliseren van de bovenlaag, Padvast aanbrengen, regulier onderhoud met Nodust of gewoon zoals nu of nog minder. Een pilot is gedraaid aan de Braamweg in Braamt en het vervolg is door corona pas in 2021 opgestart, in 2021 en 2022 zal de verdere uitvoering plaatsvinden. Hiervoor is € 1.250.000,= beschikbaar gesteld.

 

Pilotproject Braamweg
Het stabiliseren van de bovenlaag zodat stofoverlast en kuilvorming tot een minimum beperkt wordt.

 

 

Bermen

Naast het maaien van de bermen is onderhoud van de bermen noodzakelijk. Hiermee wordt bedoeld het uitvullen van gaten, het verhogen of verlagen van de berm of andere reparaties. In het beleidsplan wegen is voorgesteld jaarlijks van circa 10 km weglente de bermen aan te pakken. Hiermee wordt de veiligheid te verbeterd en wordt schade aan de weg en plasvorming op de weg voorkomen. Kosten daarvoor waren eerder niet opgenomen. Vanaf 2018 is jaarlijks € 50.000,= in de begroting opgenomen aan onderhoud aan de wegbermen.

Voorbeeld van het afroven(verlagen) van de berm

 

 

 

 

Rioleringen
Algemeen.
Eind 2021 wordt het nieuwe GWRP (Gemeentelijk Water en Riolerings Plan) 2022-2026 vastgesteld. Dit plan is de basis voor het uitvoeren van onze wettelijke zorgplichten op het gebied van afvalwater, grondwater en hemelwater.

Areaal

Onderdeel

Lengte (km)

Aantal

Gemengde riolen

138,3

 

Vuilwaterriolen (dwa)

101,49

 

Regenwaterriolen (rwa)

 31

 

Infiltratieriolen

33,4

 

Inspectieputten

 

6.008

Kolken

 

     12.503

Drukriolering

135,2

   

Persleidingen

9,4

 

Overstorten

 

36

Interne bergingen

 

1

Randvoorzieningen

 

10

Stelselgemalen

 

39

Pompunits drukriolering

 

596

Tunnelgemalen

 

2

Waterelementen/vijverpomp

 

1

Grondwatergemaal

 

1

IBA's

 

44

Wadi's

 

43

Retentievijvers

 

3

Groene bergingen

 

2


We hebben de wettelijke zorgplichten voor:

1. inzameling en transport van stedelijk afvalwater (1993 Wet Milieubeheer, artikel 10.33);
2. inzameling en verwerking van hemelwater (2009 Waterwet, artikel 3.5);
3. maatregelen tegen grondwateroverlast en het verwerken van ingezameld grondwater
(2009 Waterwet, artikel 3.6).

Sinds de Waterwet uit 2009 zijn de zorgplichten dus uitgebreid met watertaken. Dit houdt onder andere in dat we proberen wateroverlast en vervuiling van onze oppervlaktewateren zo veel mogelijk te voorkomen, bewuster om te gaan met hemelwater en grondwater. En rekening te houden met verwachte klimaatveranderingen. De manier waarop Montferland deze taken wil uitvoeren staat in het GWRP 2022 – 2026.

Om de voorzieningen die deel uit maken van het riool- en waterstelsel goed te kunnen beheren moet duidelijk zijn welke voorzieningen er zijn en wat de (technische) staat is.

Gemalen, randvoorzieningen, riooloverstorten en grondwaterpeilbuizen zijn aangesloten op het Regionaal Meetsysteem, waardoor automatisch actuele informatie beschikbaar is over de werking van de riolering, storingen en grondwaterstanden. Zo kan accuraat gereageerd in het geval van een storing.

Door middel van camera-inspecties wordt jaarlijks de kwaliteit van een deel van de vrijvervalriolering bepaald. Aan de hand van deze inspecties, en inspecties uit het verleden, wordt met behulp van het rioolbeheersysteem een vervangingsplanning opgesteld.

Sinds het GRP 2016-2021 wordt uitgegaan van risico-gestuurd beheer. Dit betekent vaker repareren en renoveren (zoals relinen) en minder vervangen van rioolbuizen. Het opbreken van de weg is dan niet nodig.

Pompput De Kemp in Braamt

Eén van de 596 stuks



Alle kosten ten behoeve van de 3 zorgplichten worden omgeslagen in de rioolheffing die door de inwoners van Montferland wordt betaald. Deze heffing is een retributie. Deze inkomsten mogen uitsluitend worden besteed aan de maatrelen en werkzaamheden zoals beschreven in het GWRP.

Civieltechnische kunstwerken.

Algemeen

In 2018 is het beleidsplan civiele kunstwerken 2019-2023 vastgesteld.

 

Areaal

Onderdeel

Aantal

Bruggen

10

Tunnels

  2

Viaducten

  2

Vlonders

  2

Duikers

  3

 

Om de civiele kunstwerken veilig en beschikbaar te houden voor haar doel is het van belang om te weten wat het areaal is, wat de technische kwaliteitstoestand is en hoeveel geld er nodig is om dit te houden.

Door iedere vijf jaar een technische inspectie van de civiele kunstwerken uit te voeren wordt een actueel beeld verkregen van de conditie van de kunstwerken. Het beleidsplan is gebaseerd op de inspectie uitgevoerd in 2017 en de maatregelen hieruit voortvloeiend zijn de basis voor de benodigde financiële middelen de komende jaren.

Wegbeheerders hebben op grond van de Wegenwet de zorgplicht voor de civiele kunstwerken. Dit betekent dat zij ervoor moeten zorgen dat de kunstwerken in goede staat verkeren. Volgens artikel 6.174 van het Burgerlijk Wetboek is de wegbeheerder aansprakelijk voor het veroorzaken van schade als gevolg van mankementen aan het “geleverde product” civiele kunstwerk. Door de kunstwerken te inspecteren en de daaruit voortvloeiende maatregelen uit te voeren wordt voldaan aan deze zorgplicht.

De inspectie van 2017 heeft uitgewezen dat over het algemeen de kunstwerken binnen de gemeente Montferland in een redelijke staat verkeren. Het areaal is veilig voor de burgers en over het algemeen vertonen de kunstwerken vooral verouderingsdefecten. 

In de periode 2019-2023 is de vervanging noodzakelijk van de houten fiets-/voetgangersbrug aan de Elsepasweg in ’s-Heerenberg op basis van technische levensduur. Gekeken wordt of deze op een zo’n duurzame wijze hersteld of vervangen kan worden zodat deze weer minimaal 20 tot 25 jaar mee kan

 

Brug Elsenpasweg ’s-Heerenberg