A. Weerstandsvermogen
B. Onderhoud kapitaalgoederen
C. Financiering
D. Bedrijfsvoering
E. Verbonden partijen
F. Grondbeleid
G. Lokale heffingen
H. Transities Sociaal Domein
2.5 Paragrafen
Paragraaf A. Weerstandsvermogen en risicobeheersing
1. Missie
Terug naar navigatie - 1. MissieDe missie van de gemeente Montferland is om over een weerstandsvermogen te beschikken van ten minste een ratio van 2,0.
2. Context en achtergronden
Terug naar navigatie - 2. Context en achtergrondenHet weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en de risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen of verzekeringen zijn afgesloten. Het weerstandsvermogen van de gemeente wordt bepaald door de mate waarin de gemeente in staat is om in de toekomst aan haar financiële verplichtingen te kunnen voldoen.
waardering | Ratio weerstandsvermogen | Kwalificatie |
A | Groter dan 2,0 | Uitstekend |
B | 1,4 tot 2,0 | Ruim voldoende |
C | 1,0 tot 1,4 | Voldoende |
D | 0,8 tot 1,0 | Matig |
E | 0,6 tot 0,8 | Onvoldoende |
F | Kleiner dan 0,6 | Ruim onvoldoende |
Het financieel beleid van de gemeente Montferland is gebaseerd op drie kernindicatoren voor het nastreven van een gezonde financiële gemeente:
- een (materieel) sluitende meerjarenbegroting;
- uitstekend weerstandsvermogen;
- een houdbare schuldpositie.
3. Kaderstellende (beleids)nota's
Terug naar navigatie - 3. Kaderstellende (beleids)nota's- Nota reserves en voorzieningen (2018).
4. Ontwikkelingen
Terug naar navigatie - 4. OntwikkelingenBeschikbare weerstandscapaciteit
Conform de nota reserves en voorzieningen 2018 bestaat onze weerstandscapaciteit uit de volgende componenten:
- De algemene reserve en de reserve "Verkoop aandelen Nuon;
- De reserve grondexploitatie (voor zover boven de minimale buffer van € 2,5 miljoen;
- Begrotingsruimte en de post onvoorzien.
Op grond van de begroting 2020 (en de bijbehorende meerjarenbegroting 2020-2022) wordt de weerstandscapaciteit in Montferland als volgt berekend:
Verwachte weerstandscapaciteit | 2020 | 2021 |
Algemene reserve | € 3,8 mln. | € 1,5 mln. |
Reserve verkoop aandelen Nuon | € 15,1 mln. | € 15,3 mln. |
Reserve grondexploitatie | € 2,5mln. | € 2,0 mln. |
Totaal | € 21,4 mln. | € 18,8 mln. |
Het saldo van de Algemene reserve bedraagt per eind 2024 € 1,5 mln (uitgaande van verrekening van de negatieve saldi 2021 en 2022 met de algemene reserve). De afname ten opzichte van 2020 wordt met name veroorzaakt door de onttrekking van de nadelige begrotingssaldi in de komende jaren.
Het saldo van de reserve verkoop aandelen Nuon is bedraagt € 15,3 mln.
Het saldo van de Reserve Grondexploitatie bedraagt per ultimo 2024 € 4,5mln. (ook hierbij uitgaande van een overheveling naar de Algemene Reserve van € 0,9 mln voor 2021 en € 0,9 mln. voor 2022). Deze reserve dient als buffer voor specifieke risico's in de grondexploitatie. In de nota reserves en voorzieningen 2018 is de minimale omvang van deze reserve bepaald op € 2,5 mln. Het bedrag boven deze minimale buffer wordt meegenomen in de bepaling van de weerstandscapaciteit.
Op basis van de nota reserves en voorzieningen nemen we ingaande 2019 de onbenutte belastingcapaciteit niet meer mee bij de bepaling van de weerstandscapaciteit omdat deze niet direct beschikbaar is (wel latent aanwezig). Hierbij sluiten we aan bij de lijn die de provincie hanteert.
Ten opzichte van 2020 is de weerstandscapaciteit afgenomen met € 2,6 mln. met name vanwege de afname van de Algemene reserve.
Benodigde weerstandscapaciteit
Voor de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit heeft er een inventarisatie van individuele risico’s plaatsgevonden. Omdat niet alle risico’s zich in de praktijk gelijktijdig en in volle omvang zullen voordoen is een minimaal risicobedrag berekend. Het reële risicobedrag is het gemiddeld verwachte risicobedrag dat nodig is op korte termijn. Op basis van de onlangs geactualiseerde risico-inventarisatie zijn 14 risico’s in beeld gebracht. Uit deze risico-inventarisatie en –analyse blijkt een reële risicobedrag van € 4,7 mln. Dit is de benodigde weerstandscapaciteit van de gemeente. Dit risicobedrag is uit te splitsen in incidentele risico's en structurele risico's. De incidentele risico's bedragen € 2,8 miljoen en de structurele risico's € 1,9 miljoen.
Indien de berekende weerstandscapaciteit (€ 18,8 mln.) wordt afgezet tegen de benodigde weerstandscapaciteit (€ 4,7 mln.) dan blijkt dat de ratio afgerond 4,0 is. Dit betekent dat de weerstandscapaciteit in Montferland per 1 januari 2021 nog steeds het predicaat “uitstekend” krijgt. De omvang van het eigen vermogen en de voorzieningen zijn dus op uitstekend niveau om alle mogelijke risico’s op te vangen. Overigens vertoont deze ratio de laatste jaren wel een dalende tendens en we moeten ons realiseren dat de omvang van de Algemene Reserve heel hard achteruit gaat. De ontwikkeling van de weerstandsratio in de loop van de jaren is als volgt:
Risico's
In het Coalitieprogramma Montferland 2018-2022 is aangegeven dat we in deze paragraaf een "top-tien" introduceren.
In de risico-inventarisatie ten behoeve van deze begroting zijn veertien risico's opgenomen.
De tien grootste risico's uit deze inventarisatie zijn:
- Algemene uitkering uit het gemeentefonds
- Corona
- Sociaal domein
- Begrotingspositie
- Grote projecten (met name Centrumplan, zwembad en Bloemenbuurt Didam)
- Leges omgevingsvergunningen
- Gemeenschappelijke regelingen
- Digitalisering/automatisering/applicatiebeheer
- Garantstellingen
- Invoering Omgevingswet
Onderstaand een korte toelichting op de drie grootste risico's met de bijbehorende beheersmaatregelen.
Algemene uitkering uit het gemeentefonds
De bedragen in de begroting zijn gebaseerd op de meicirculaire 2020. Voor de jaren 2020 en 2021 zijn de accressen “vastgezet”, dus een verlaging van het accres vormt in deze jaren geen risico meer. De gemeenten weten waar ze aan toe zijn.
De herijking van het gemeentefonds is het grootste risico in de komende jaren. De gevolgen van deze herijking zullen bekend worden in de decembercirculaire 2020 en de gevolgen treden met ingang van 2022 in werking. Daarnaast zal ook het trap op trap af systeem worden geëvalueerd. De eerste informatie over de herijking luidt dat er meer geld naar de grote steden gaat en minder naar de plattelandsgemeenten en kleinere steden. Het maximale nadeel voor de nadeelgemeenten zal ca. € 100 per inwoner bedragen. Als we hier voor Montferland uitgaan van € 50 per inwoner bedraagt het risico € 1,8 mln. Daarnaast hebben we ingaande 2022 structureel een bijdrage van € 550.000 geraamd. Deze bijdrage is door het rijk slechts beschikbaar gesteld tot en met 2021, verwerking ingaande 2022 houdt derhalve een risico in. De verwachting is evenwel dat het rijk met structurele gelden over de brug zal komen, gezien de vele financiële problemen met de jeugdzorg bij veel gemeenten. Tenslotte hebben we binnen de ramingen van de algemene uitkering van het gemeentefonds geen raming opgenomen voor het BTW compensatiefonds (BCF), dit zou voor Montferland een bedrag van € 197.000 mogen zijn, dus dit kan voor ons alleen maar een meevaller zijn als we nog uitkeringen in dit kader ontvangen.
Voor deze inventarisatie gaan we uit van een maximaal risico van € 2 mln. en een reëel risico van € 100.000 structureel. In onze begroting hebben we voor de nadelige effecten van de herijking al een stelpost opgenomen van € 500.000 (in 2022) en van € 1.000.000 (structureel ingaande 2023). Daarom hebben we structureel nog "slechts" een risico van € 100.000 structureel opgenomen.
Beheersmaatregel:
Hierbij zijn we afhankelijk van macro ontwikkelingen. We kunnen zelf geen beheersmaatregelen treffen om dit risico terug te brengen.
Uitgangspunt blijft dat we voorzichtig ramen in de begroting.
Corona
Sinds medio maart 2020 is zijn we in een nieuwe werkelijkheid beland. Deze nieuwe werkelijkheid duurt zeker voort tot 2021 en de onderliggende economische lijnen lopen ook door in de volgende jaren. Op rijksniveau wordt er rekening gehouden met 4 scenario’s. De VNG heeft onderzoek laten verrichten en komt met 2 scenario’s.
Een best-case scenario, waarin vanaf nu de coronamaatregelen steeds verder worden versoepeld en een worst-case scenario, waarin er een tweede golf besmettingen Nederland treft.
De uitkomsten geven nadrukkelijk een schatting van de financiële effecten. De precieze consequenties zullen pas later in volle omvang duidelijk worden. Bovendien is het verloop van de coronacrisis nog hoogst onzeker. Overigens is de eerste tranche compensatie niet meegenomen in de berekeningen. Vanuit deze tranche hebben wij een bedrag van ruim € 500.000 van het rijk ontvangen en nog een bedrag van ruim € 100.000 van de provincie.
Vooralsnog houden wij rekening met een netto impact van € 1 miljoen.
Beheersmaatregel
Wij hebben onze bedrijfsvoering op onderdelen aangepast zodat we op hoofdlijnen inzicht hebben in de kosten en minder opbrengsten die een direct causaal verband hebben met de gevolgen van Corona. Dit heeft zowel impact op onze lasten als ook baten. Hierdoor wordt het mogelijk om de diepe impact op hoofdlijnen te kunnen inschatten.
Sociaal domein
Het maatregelenpakket is vastgesteld en dit pakket zal ook periodiek worden gemonitord. De uitgavenkant blijft altijd een open eind regeling. De beheersing van deze uitgaven hebben wij maar ten dele zelf in de hand. Het maximale risico schatten wij nog steeds in op € 1.500.000 met een percentage van 50. Als reëel risico nemen wij derhalve € 750.000 op.
Beheersmaatregel:
Uitvoeren en monitoren van de hervormingstaakstelling.
5. Financiële kengetallen
Terug naar navigatie - 5. Financiële kengetallenToelichting financiële kengetallen
De vijf financiële kengetallen geven samen een beeld van de financiële ontwikkelingen in de gemeente. Eén los kengetal zegt echter weinig over de totale financiële positie. Of een hoge schuldquote voor een gemeente nadelig is, hangt bijvoorbeeld af van het eigen vermogen en hoe groot de kans is dat de schuld weer wordt afgelost. Onderstaande een toelichting op de verschillende kengetallen.
Weerbaarheid: kan de gemeente tegen een stootje?
Netto schuldquote (ongecorrigeerd): De niet gecorrigeerde netto schuldquote geeft het risico voor de gemeente weer als derden niet aan hun verplichtingen kunnen voldoen. Denk bij voorbeeld aan een woningcorporatie, die geld heeft geleend bij de gemeente. Hoe lager, hoe beter.
Netto schuldquote (gecorrigeerd): De netto schuldquote geeft aan of de gemeente in staat is de schulden terug te betalen waarvoor zij volledig zelf aan de lat staat. Ook hier geldt: hoe lager, hoe beter.
Solvabiliteit: De mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Dit wordt berekend op basis van het eigen vermogen en de bezittingen van de gemeente. Hoe hoger, hoe beter.
Grondexploitatie: Het kengetal grondexploitatie geeft aan hoe groot de grondpositie (de waarde van de grond) is ten opzichte van de totale (geraamde) baten. Hier geldt: hoe lager, hoe minder risicovol.
Wendbaarheid: kan de gemeente zich relatief snel aanpassen aan veranderende omstandigheden?
Hierbij zijn de volgende kengetallen van belang:
Belastingcapaciteit: De belastingcapaciteit geeft inzicht in de mate waarin bij het voordoen van een financiële tegenvaller in het volgende begrotingsjaar kan worden opgevangen of ruimte is voor nieuw beleid. Hoe lager hoe beter.
Structurele exploitatieruimte: Dit kengetal geeft aan hoe groot de structurele exploitatieruimte is, door de structurele baten en structurele lasten te vergelijken met de totale baten. Hoe hoger, hoe beter.
Indeling categorieën (%) | ||||
Kengetal | A 'Voldoende' | B 'Matig' | C 'Onvoldoende' | |
1a | Netto schuldquote | < 90% | 90-130% | > 130% |
1b |
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen |
< 90% | 90-130% | > 130% |
2 | Solvabiliteitsratio | > 50% | 20-50% | < 20% |
3 | Structurele exploitatieruimte | > 0% | 0% | < 0% |
4 | Grondexploitatie | < 20% | 20-35% | > 35% |
5 |
Belastingcapaciteit |
< 95% | 95-105% | > 105% |
Financiële kengetallen Montferland (%) | |||||||
Kengetal | Rek. 2019 | Begr. 2020 | Begr. 2021 | Begr. 2022 | Begr. 2023 | Begr. 2024 | |
1a | Netto schuldquote | 65% | 99% | 83% | 77% | 73% | 71% |
1b |
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen |
58% | 87% | 73% | 67% | 63% | 61% |
2 | Solvabiliteitsratio | 25% | 21% | 23% | 26% | 26% | 27% |
3 | Structurele exploitatieruimte | 0,31% | -1,6% | -2,26% | -0,97% | 0,47% | 0,35% |
4 | Grondexploitatie | 5% | 3% | 0% | 0% | 0% | 0% |
5 |
Belastingcapaciteit |
110% | 113% | 109% | 109% | 109% | 109% |
Voldoende |
Matig |
Onvoldoende |
De financiële kengetallen dienen in samenhang te worden bezien om onze financiële positie te beoordelen.
In 2021 vallen drie kengetallen in de categorie voldoende (netto schuldquote, netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen en grondexploitatie), één in de categorie matig (solvabiliteit zit tegen de grens van onvoldoende) en twee in de categorie onvoldoende (structurele exploitatieruimte en belastingcapaciteit).
Op basis van de bovenstaande indeling en rekening houdend met de ratio van ons weerstandsvermogen kunnen we de financiële positie van onze gemeente als matig kwalificeren.
We zijn nog redelijk weerbaar, maar onze wendbaarheid gaat hard achteruit.
Afwijkingen of nieuwe ontwikkelingen die leiden tot bijstellingen:
Terug naar navigatie - Afwijkingen of nieuwe ontwikkelingen die leiden tot bijstellingen:Paragraaf B. Onderhoud kapitaalgoederen
Missie
Terug naar navigatie - MissieDe gemeente Montferland heeft een grote oppervlakte aan openbare ruimte in beheer. Veel activiteiten vinden plaats zoals wonen, recreëren en werken. Daarvoor zijn kapitaalgoederen nodig zoals wegen, rioleringen, kunstwerken, openbaar groen, verlichting en gebouwen. De kwaliteit van deze kapitaalgoederen en het onderhoudsniveau ervan is in grote mate bepalend voor het voorzieningenniveau en uiteraard de (jaarlijkse) lasten. We streven hierbij naar een voldoende onderhoud van onze kapitaalgoederen.
Context en achtergronden
Terug naar navigatie - Context en achtergrondenIn het Coalitieprogramma 2018-2022 zijn onder meer de volgende onderwerpen opgenomen voor deze jaren die betrekking hebben op onze kapitaalgoederen:
- Reactivering van het Groen Structuurplan.
- Wateroverlast aanpakken in samenwerking met andere overheden en bewoners.
- De St. Jansgildestraat renoveren zodat deze ook voor voetgangers, welke minder goed ter been zijn, begaanbaar wordt.
- Een verkeerscirculatieplan voor het centrum van Didam opstellen.
- Een verkeerscirculatieplan opstellen voor 's-Heerenberg waarbij rekening gehouden wordt met de herinrichting van de Drieheuvelenweg en waarbij de 's-Heerenbergse bevolking vroegtijdig meegenomen wordt.
- Goede ontsluiting voor landbouwverkeer.
Kaderstellende beleidsnota's
Terug naar navigatie - Kaderstellende beleidsnota's• Coalitieprogramma Montferland 2018 - 2022
• Gemeentelijk Rioleringsplan Montferland (Verbreed GRP 2016 – 2020) + 2021
• Groenbeleidsplan 2020 - 2024
• Integraal Gemeentelijk verkeer en Vervoerplan 2020 - 2024
• Hondenbeleidsplan
• Speelbeleid (2015 - 2030)
• Beleidsplan wegen (2018 - 2021)
• Beleidsplan zand- en halfverhardingswegen (2019 – 2028)
• Beleidsplan Civiele Kunstwerken (2019 - 2023)
• Beleidsplan Openbare Verlichting (2020 - 2024)
• Beleidsplan Toegankelijkheid Openbare Ruimte (2017 - 2021)
• Beleidsplan Gladheidsbestrijding ( 2016 - 2021)
• Uitvoeringsplan Gladheidsbestrijding (2020 - 2021)
• Bomenbeleidsplan 2020
Ontwikkelingen
Terug naar navigatie - OntwikkelingenOnderstaand een toelichting per onderdeel.
Wegen en bermen.
Algemeen.
In 2017 is het wegenbeleidsplan 2018 – 2021 door de raad vastgesteld. Hierin is de onderhoudsplanning opgenomen die is gebaseerd op het minimale onderhoudsniveau volgens de CROW-richtlijnen. Hierbij wordt eventuele aansprakelijkheid voorkomen.
Areaal wegennet
Onderdeel |
Lengte (km) |
Oppervlakte (m2) |
Verharde wegen |
353 |
|
Onverharde wegen |
49 |
|
Fietspaden |
50 |
|
Asfaltverharding |
|
1.030.502 |
Elementenverharding |
|
1.436.735 |
Betonverharding |
|
27.197 |
Onverhard/halfverhard |
|
189.865 |
Het gehele areaal aan wegen vertegenwoordigt een waarde, de vervangingswaarde. De vervangingswaarde geeft een globale indruk van de waarde van de verhardingen, ervan uitgaande dat het bestaande areaal opnieuw aangelegd zou moeten worden. De totale vervangingswaarde van alle verhardingen in beheer van de gemeente bedraagt rond de € 140.000.000 (140 miljoen euro).
Wegen
Om wegbeheer op een juiste manier te kunnen uitvoeren is het van belang om te weten wat het totaal te onderhouden areaal is, wat de technische kwaliteitstoestand daarvan is en hoeveel geld er
nodig is om het areaal op het vastgestelde kwaliteitsniveau te houden. In het beleidsplan wegen is ook de invloed van het vastgestelde beeldkwaliteit verwerkt. Hierin worden de winkelgebieden en historisch centrum op beeldkwaliteit B onderhouden in plaats van alle overige gebieden op C-kwaliteit.
Om het aangegeven onderhoud mogelijk te maken bedraagt de jaarlijkse toevoeging aan de voorziening groot onderhoud wegen € 914.757,=.
De wegen worden eenmaal per jaar visueel geïnspecteerd volgens de CROW richtlijnen. Op basis van die inspectie wordt een actueel beeld verkregen van de conditie daarvan. Deze
gegevens zijn het startpunt voor het opstellen en zo nodig bijstellen van een meerjarig onderhoudsplan. In 2020 zijn de wegen geïnspecteerd.
Kwaliteit
De meeste wegen binnen de gemeente Montferland verkeren in goede tot zeer goede staat. Bij asfaltverharding is dit bijna 85% en bij elementenverharding ongeveer 90%, in beide gevallen boven het landelijk gemiddelde.
Verouderde verhardingen.
De storting in de voorziening voorziet niet in het vervangen van verouderde verhardingen. Het wegenareaal is zodanig aan het verouderen dat het noodzakelijk is de verhardingsmaterialen (asfalt en elementen) te vervangen. In 2018 is hiermee begonnen (Deel Dr J.H. van Heeklaan in ’s-Heerenberg) vervolgens de Graaf Hendrikstraat, Kerkweg en vervolg Dr J.H. van Heeklaan, Daltuin en Montferlandsestraat. Diverse wegen zijn in voorbereiding zoals Violenstraat, Tuinstraat, Schoolstraat, Hiedenbrinkstraat en deel Pastoor ter Rielestraat, Prins Bernardstraat, Julianastraat. Dit wordt de komende jaren voortgezet. De redenen om deze wegen op te pakken is om ook in de toekomst de onderhoudskosten beheersbaar te kunnen houden en de aantrekkelijkheid van onze kernen goed te houden en achteruitgang in uitstraling en beleving te voorkomen. Jaarlijks is hiervoor € 530.000,= beschikbaar.
Kerkweg in Zeddam
Asfalt is aan vervanging toe en wordt vervangen door klinkers en het voetpad krijgt nieuwe tegels.
Onderhoud onverharde wegen
In 2019 is het beleidsplan zand- en halfverhardingswegen 2019-2028 door de Raad vastgesteld. Eén van de onderdelen is het uitvoering geven aan het plan om met de aanwonenden te kijken welke optie (behalve het verharden met asfalt en/of klinkers) de voorkeur heeft om de stofoverlast en de kuilvorming te verminderen. De opties bestaan hoofdzakelijk uit het stabiliseren van de bovenlaag, Padvast aanbrengen, regulier onderhoud met Nodust of gewoon zoals nu of nog minder. Een pilot is gedraaid aan de Braamweg in Braamt en het vervolg zal in 2020 en 2021 plaatsvinden zodat 2021 het geheel is afgerond. Hiervoor is € 1.250.000,= beschikbaar gesteld.
Pilotproject Braamweg
Het stabiliseren van de bovenlaag zodat stofoverlast en kuilvorming tot een minimum beperkt wordt.
Bermen
Naast het maaien van de bermen is onderhoud van de bermen noodzakelijk. Hiermee wordt bedoeld het uitvullen van gaten, het verhogen of verlagen van de berm of andere reparaties. In het beleidsplan wegen is voorgesteld jaarlijks van circa 10 km weglente de bermen aan te pakken. Hiermee wordt de veiligheid te verbeterd en wordt schade aan de weg en plasvorming op de weg voorkomen. Kosten daarvoor waren eerder niet opgenomen. Vanaf 2018 is jaarlijks € 50.000,= in de begroting opgenomen aan onderhoud aan de wegbermen.
Bermen Netterdenseweg Azewijn
Bermen zijn verlaagd waardoor het water beter naar de sloot loopt en de afwatering van de weg verbetert.
Rioleringen
Algemeen.
In 2015 is het GRP (Gemeentelijk Riolering Plan) 2016 - 2020 vastgesteld. Dit plan is de basis voor het uitvoeren van de rioleringswerken en het onderhoud. De looptijd van dit GRP wordt met één jaar verlengd om zo weer in de pas te lopen met de partners uit het afvalwaterteam Etten, de gemeenten Oude IJsselstreek en Doetinchem. Er wordt een gezamenlijk (beleids) deel van het
GRP 2022 – 2026 opgesteld.
Areaal
Onderdeel |
Lengte (km) |
Aantal |
Gemengde riolen |
138.3 |
|
Vuilwaterriolen (dwa) |
101.4 |
|
Regenwater riolen (rwa) |
31,0 |
|
Infiltratieriolen |
33,4 |
|
Kolken |
|
12.503 |
Drukriolering |
135.2 |
|
Persleidingen |
9,4 |
|
Overstorten |
|
36 |
Interne bergingen |
|
1 |
Randvoorzieningen |
|
10 |
Stelselgemalen |
|
39 |
Pompunits drukriolering |
|
596 |
Tunnelgemalen |
|
2 |
Waterelementen/vijverpomp |
|
1 |
Grondwatergemaal |
|
1 |
IBA’s |
|
44 |
Wadi’s |
|
43 |
Retentievijvers |
|
3 |
Groene bergingen |
|
2 |
Afvalwaterinzameling is een wettelijke taak van de gemeente. Daar zijn de laatste decennia nieuwe taken bij gekomen. Tegenwoordig proberen gemeenten ook wateroverlast en vervuiling van onze oppervlaktewateren zo veel mogelijk te voorkomen, bewuster om te gaan met hemelwater en rekening te houden met verwachte klimaatveranderingen. De manier waarop Montferland deze taken wil uitvoeren staat in het GRP 2016 – 2021.
Om de voorzieningen die deel uit maken van het rioolstelsel goed te kunnen beheren moet duidelijk zijn welke voorzieningen er zijn en wat de technische staat is. Gemalen, randvoorzieningen, riooloverstorten en grondwaterpeilbuizen zijn aangesloten op het Regionaal Meetsysteem, waardoor automatisch actuele informatie beschikbaar is over de werking van de riolering, storingen en grondwaterstanden. Zo kan accuraat gereageerd in het geval van een storing.
Door middel van camera-inspecties wordt jaarlijks de kwaliteit van een deel van de vrijvervalriolering bepaald. Dit gebeurd op basis van de leeftijd van het betreffende riool. Aan de hand van deze inspecties, en inspecties uit het verleden, wordt met behulp van het rioolbeheersysteem een vervangingsplanning opgesteld.
Vermeld moet worden dat in het GRP 2016-2021 er wordt uitgegaan van risico-gestuurd beheer wat betekent vaker repareren en relinen en minder vervangen van rioolbuizen. Het opbreken van de weg is dan niet nodig.
De onderdelen van de drukriolering in het buitengebied zoals de pompen en gemalen worden onderhouden volgens de maatregelen die in het GRP staan vermeld. Naast het reguliere onderhoud worden onderdelen vervangen op basis van technische levensduur.
Pompput Laarstraat in Vethuizen
Een van de 596 stuks
De komende planperiode wordt voor ruim € 3,8 miljoen geïnvesteerd in het verbeteren en vervangen van riolering. Voor het beheren en onderhouden van bestaande voorzieningen is jaarlijks bijna € 1,3 miljoen nodig. De inwoners van Montferland betalen de kosten voor de rioleringszorg via de rioolheffing.
Civieltechnische kunstwerken.
Algemeen
In 2018 is het beleidsplan civiele kunstwerken 2019-2023 vastgesteld.
Areaal
Onderdeel |
Aantal |
Bruggen |
10 |
Tunnels |
2 |
Viaducten |
2 |
Vlonders |
2 |
Duikers |
3 |
Om de civiele kunstwerken veilig en beschikbaar te houden voor haar doel is het van belang om te weten wat het areaal is, wat de technische kwaliteitstoestand is en hoeveel geld er nodig is om dit te houden.
Door iedere vijf jaar een technische inspectie van de civiele kunstwerken uit te voeren wordt een actueel beeld verkregen van de conditie van de kunstwerken. Het beleidsplan is gebaseerd op de inspectie uitgevoerd in 2017 en de maatregelen hieruit voortvloeiend zijn de basis voor de benodigde financiële middelen de komende jaren.
Wegbeheerders hebben op grond van de Wegenwet de zorgplicht voor de civiele kunstwerken. Dit betekent dat zij ervoor moeten zorgen dat de kunstwerken in goede staat verkeren. Volgens artikel 6.174 van het Burgerlijk Wetboek is de wegbeheerder aansprakelijk voor het veroorzaken van schade als gevolg van mankementen aan het “geleverde product” civiele kunstwerk. Door de kunstwerken te inspecteren en de daaruit voortvloeiende maatregelen uit te voeren wordt voldaan aan deze zorgplicht.
De inspectie van 2017 heeft uitgewezen dat over het algemeen de kunstwerken binnen de gemeente Montferland in een redelijke staat verkeren. Het areaal is veilig voor de burgers en over het algemeen vertonen de kunstwerken vooral verouderingsdefecten.
In de periode 2019-2023 is de vervanging noodzakelijk van de houten fiets-/voetgangersbrug aan de Elsepasweg in ’s-Heerenberg op basis van technische levensduur.
Brug Elsenpasweg ’s-Heerenberg