Personeel en organisatie
Organisatieontwikkeling
Op 1 januari 2024 is de nieuwe organisatiestructuur van kracht geworden. Een belangrijk uitgangspunt voor de wijziging was beleid en uitvoering dichter bij elkaar te brengen om integraliteit te vergroten. Dit is gerealiseerd door een structuur van drie domeinen: Sociaal, Ruimte en Bedrijfsvoering & Dienstverlening. Een tweede uitgangspunt was de span of control voor leidinggevenden verlagen, zodat er meer aandacht voor de medewerker kan zijn en het eigenaarschap vergroot kan worden. Er zijn 3 domeinmanagers, 14 teammanagers en twee teamleiders.
Naast de structuurwijziging is in 2024 gewerkt aan de gewenste organisatiecultuur. Een belangrijk thema hiervan is ‘de bedoeling’, dat richting en houvast geeft aan de manier waarop we met elkaar samenwerken. Hierin staan een vijftal thema’s (Team Montferland, De inwoner centraal, Vertrouwen, Plezier en Lef) die de basis vormen voor de verdere organisatieontwikkeling. Het toekomstbeeld van de organisatie richt zich op de bevordering van diverse thema's, zoals eigenaarschap, werkplezier, vernieuwing, initiatief, creativiteit, samenwerking (co-creatie), dialoog, betrouwbaarheid, dienstverlening, resultaatgerichtheid, respect en talentontwikkeling. Hier is aan gewerkt door onder andere de inzet van inspiratiesessies, MD (Management Drives) - sessies en een leiderschapsprogramma. Dit alles draagt bij aan het zijn van een betrouwbare en dienstverlenende organisatie. Waar het bestuur op kan bouwen en waar inwoners, bedrijven, instellingen en toeristen op kunnen vertrouwen.
Arbeidsmarktkrapte
Net als in 2023 was er in 2024 krapte op de arbeidsmarkt. Het A&O-fonds verwacht dat de 'gemeentelijke arbeidsmarkt' tot zeker 2035 krap zal blijven.
In Montferland zien we vooral dat er voor vacatures binnen Ruimtelijke Ontwikkeling & Economie, Handhaving, Beheer Openbare Ruimte en Maatschappelijke Ontwikkeling de vijver klein is en we dus meer moeite moeten doen.
De afgelopen jaren hebben we veel geïnvesteerd om een aantrekkelijke werkgever te zijn en te blijven. In 2024 hebben we bijvoorbeeld een vergoeding voor woon-werkverkeer en verhuiskosten ingevoerd. Ook zijn we gestart met inloopspreekuren voor veel vacatures. Dit is een groot succes en helpt zeker bij het aantrekken van nieuwe collega's.
Voor stagiaires hebben we het aantrekkelijker gemaakt om bij ons stage te lopen. Alle stagiaires krijgen nu dezelfde, hogere vergoeding.
We passen onze wervingsteksten en -kanalen steeds aan. Afgelopen jaar deden we mee aan banenbeurzen en organiseerden we een 'Werkbelevingsdag'. Mensen konden het gemeentehuis bezoeken om meer te weten te komen over werken bij onze gemeente.
Daarnaast hebben we een werkgeversmerk ontwikkeld om ons de komende jaren als aantrekkelijke werkgever te profileren. Dit merk wordt in het eerste kwartaal van 2025 geïntroduceerd.
We werken ook samen met andere gemeenten, zoals in het startersproject Werken in Gelderland en de 'Onverwachte Hoek'. Voor sommige moeilijk vervulbare functies schakelen we een wervingsbureau in, wat extra kosten met zich meebrengt. Ook nemen we soms opleidingskosten van nieuwe medewerkers over.
Al deze inspanningen werpen hun vruchten af! We zijn nog steeds een aantrekkelijke werkgever en hebben bijna al onze vacatures kunnen vervullen. De komende jaren blijven we hierin investeren.
Informatiebeveiliging en privacy
Informatiebeveiliging en privacy zijn twee nauw verwante begrippen. Waar informatiebeveiliging betrekking heeft op data in het algemeen, richt privacy zich specifiek op persoonsgegevens. Binnen alle overheidsinstellingen is de Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO) inmiddels een bekende term. Dit normenkader vormt de basis voor beveiligingsmaatregelen die de weerbaarheid van gemeenten moeten vergroten.
Gemeentelijke processen zijn sterk afhankelijk van ondersteunende ICT-systemen en -diensten. Inwoners en ondernemers maken steeds meer gebruik van digitale diensten en verwachten van de overheid dat zij zorgvuldig omgaat met (kwetsbare) informatie. De waarborging van beschikbaarheid, integriteit en vertrouwelijkheid van informatiesystemen is essentieel om de betrouwbaarheid, kwaliteit en continuïteit van de bedrijfsvoering en dienstverleningsprocessen te garanderen.
Met de komst van de Cybersecuritywet en de AI-Act krijgt informatieveiligheid binnen gemeenten meer aandacht. Daarnaast speelt ENSIA (Eenduidig Normatiek Single Information Audit) een belangrijke rol in de verantwoording over de inrichting van het BIO-normenkader. ENSIA streeft naar een zo effectief en efficiënt mogelijk verantwoordingsstelsel voor informatieveiligheid. Verantwoording wordt jaarlijks afgelegd richting de gemeenteraad (horizontaal) en toezichthouders zoals de ministeries van BZK en SZW, Logius, en de Autoriteit Persoonsgegevens (verticaal).
In 2024 voldeden wij aan alle normen van Suwinet en Digi-D. Hoewel absolute veiligheid niet bestaat, streven wij naar optimale beveiliging. Het analyseren van de grootste risico’s is hierbij een belangrijke insteek: de meeste informatiebeveiligingsincidenten worden veroorzaakt door menselijk handelen. Bewuste medewerkers zijn dan ook de beste beveiligingsmaatregel, en een doorlopende bewustwordingscampagne richt zich hierop.
Voor 2025 besteden we specifieke aandacht aan dataclassificatie. Dit houdt in dat we waarden toekennen aan verschillende soorten informatie om te bepalen welk niveau van bescherming nodig is. Daarnaast bereiden we ons voor op mogelijke ICT-crisissituaties, zodat ons herstelvermogen gewaarborgd is, zelfs als zich ondanks alle voorzorgsmaatregelen een incident voordoet.
Accountantscontrole 2024 en (verbijzonderde) interne controle
De controle over het boekjaar 2024 is voor het eerst uitgevoerd door accountant Stolwijk Kelderman (raadsbesluit 14 maart 2024). Door middel van een 0-meting (september 2024) en de interimcontrole (november 2024) hebben zij de kwaliteit van de interne beheersingsmaatregelen van de organisatie in kaart gebracht. Het oordeel hierover was positief, hoewel er enkele aandachtspunten zijn voor een verdere optimalisatie. De resultaten zijn verwoord in de managementletter 2024 die is besproken met de Auditcommissie.
De controle van de jaarrekening 2024 heeft plaatsgevonden in het eerste en tweede kwartaal van 2025. Dit heeft geleid tot een controleverklaring van de accountant.
De wetswijziging ‘rechtmatigheidsverantwoording door het college van B&W’ werd in 2023 definitief van kracht. Voor het eerst in de jaarstukken 2023 heeft het college verantwoording afgelegd over de rechtmatigheid van het door het college gevoerde beleid. Dit heeft een vervolg gekregen in deze jaarstukken 2024. Zie hiervoor de afzonderlijke verantwoording en de toelichting verderop in deze paragraaf Bedrijfsvoering. De accountant toetst de getrouwheid van de verantwoording van het college.
Controle Sociaal
De (kwaliteit van de) verantwoordingen van de gecontracteerde zorgaanbieders Wmo en Jeugdwet neemt jaarlijks toe. Over 2023 is ruim 99% van de uitgaven van de € 18 miljoen verantwoord door de zorgleveranciers. Voor de rechtmatigheidstoets geldt onveranderd dat voor alle zorg waar geen goedkeurende controleverklaring voor is afgegeven (de "kleinere" zorgverstrekkers met een omzet < € 125.000 vallen hier ook onder) en waarvoor geen andere maatregelen zijn genomen om vast te stellen dat de zorg is geleverd, deze door de accountant in principe worden aangemerkt als "onzeker". Over 2024 zijn wij gestart met het nabellen van cliënten om zekerheid te krijgen over de prestatielevering. Deze actie heeft geleidt tot een aanzienlijke verlaging van de "onzekerheid" in de jaarrekening.
De uitvoering van de Persoonsgebonden budgetten (Pgb's) ligt bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Door het, van het begin af aan, niet kunnen overleggen van een goedkeurende accountantsverklaring hebben wij ingaande 2022 zelf steekproeven uitgevoerd op de verstrekkingen. Ook op dit vlak is het aandeel "onzeker" is aanmerkelijk afgenomen.
Frauderisicobeheersing
De primaire verantwoordelijkheid voor het voorkomen en detecteren van fraude (waaronder corruptie) berust bij het college van burgemeester en wethouders. Deze verantwoordelijkheid betreft ook het onderhouden van een zodanige interne beheersing om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder dat deze afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten.
Binnen onze gemeente is er binnen de interne beheersing aandacht voor frauderisico’s en de preventie daarvan: ook in 2024 hebben wij een frauderisicobeleid vastgesteld, inclusief een inventarisatie, een analyse en beoordelen wij deze in samenhang met de getroffen beheersmaatregelen. In 2024 gaat het om 14 activiteiten / processen, waarvan wij de getroffen beheersmaatregelen, voor het minimaliseren van de frauderisico’s, als "voldoende" beoordelen .
Wij besteden aandacht aan functiescheiding. Sinds 2023 is een vaste maatregel dat iedere factuur door twee personen moet worden gecontroleerd. Dit laat echter onverlet dat de onderbouwing om de prestatielevering aan te tonen bij de factuurbetalingen beter kan. Hier zien wij wel lichte verbeteringen, maar over de hele breedte blijft dit een aandachtspunt.
Al met al is de conclusie dat de drempel om fraude te plegen redelijk hoog ligt, maar dat er geen 100% garantie is dat zich geen fraudegeval zal kunnen voordoen.
Integriteitsbeleid
De gemeente beschikt over integriteitsbeleid. De gedragscode en integriteitsprotocol van de gemeenteraad is geactualiseerd. Na de vaststelling van de gedragscode en integriteitsprotocol van de gemeenteraad zal een herijking van het bestuurlijke en ambtelijke integriteitsbeleid plaatsvinden.
De rechtmatigheidsverantwoording door het college van B&W (met ingang van boekjaar 2023)
In de jaarrekening 2023 is voor het eerst een rechtmatigheidsverantwoording van het college opgenomen. De rechtmatigheid betreft het begrotingscriterium, het voorwaardencriterium en Misbruik & Oneigenlijk gebruik-criterium.
Voor wat betreft het begrotingscriterium krijgt de raad een completer beeld van begrotingsonrechtmatigheden. Dit omvat niet alleen overschrijdingen van de lasten, waar de accountant zich voorheen alleen op richtte, maar ook lagere lasten en hogere of lagere baten. Dus ook waar we minder hebben uitgegeven of extra inkomsten hebben verkregen. Het doel is meer transparantie en een beter gesprek over rechtmatigheid.
In de rechtmatigheidsverantwoording verantwoorden we onrechtmatige afwijkingen als deze boven een bepaalde grens komen (1% van het totaal aan lasten). Nieuw is dat ook acceptabele afwijkingen van de begroting hierin meelopen, ook al lichten we deze toe in de financiële analyses van hoofdstuk 3.3 en 3.5.
In onze financiële verordening 2023 hebben we met de raad afgesproken dat lastenoverschrijdingen acceptabel zijn als ze voortvloeien uit bestaand beleid, het open-einde posten betreft en/of de overschrijdingen worden gecompenseerd door direct gerelateerde hogere inkomsten .
Bij het vaststellen van het Normenkader 2024 is ook met de raad afgesproken dat het melden in deze jaarstukken van de andere afwijkingen (lagere uitgaven, hogere of lagere inkomsten) als "tijdig" moet worden aangemerkt en derhalve rechtmatig zijn .
De onrechtmatigheden lichten we toe in deze paragraaf Bedrijfsvoering, waarbij we, conform de afspraken met de raad, een ondergrens hanteren van € 150.000. Ook beschrijven wij welke actie wij ondernemen om vermelde afwijkingen in de toekomst te voorkomen.
De accountant controleert niet expliciet op rechtmatigheid, maar beoordeelt wel of de rechtmatigheidsverantwoording waarheidsgetrouw is. Als dit het geval is, heeft dit geen gevolgen voor de accountantsverklaring.
De conclusie van de rechtmatigheidsverantwoording is als volgt (bedragen x € 1.000):
Rechtmatigheid
|
Bedrag
|
- Begrotingscriterium, niet acceptabele onrechtmatigheden
|
1.089
|
|
1.166
|
- Misbruik en Oneigenlijk criterium (M&O)
|
-
|
Totaal aan (niet-acceptabele) onrechtmatigheden
|
2.255
|
Begrotingscriterium
In de rechtmatigheidsverantwoording wordt inzichtelijk gemaakt dat het totaalbedrag aan begrotingsonrechtmatigheden € 6.403 miljoen bedraagt en dat het grootste deel hiervan (€ 5.314 miljoen ) als "acceptabel" moet worden beoordeeld en € 1,089 miljoen als "niet-acceptabel". Dit laatste bedrag betreft de overschrijding op de kredieten. In hoofdstuk 3.13 worden de overschrijdingen en een toelichting hierop inzichtelijk gemaakt.
Voorwaardencriterium
Het voorwaardencriterium heeft betrekking op het naleven van gestelde voorwaarden bij de uitvoering van de financiële beheershandelingen. Deze voorwaarden komen voort uit diverse wet- en regelgeving en hebben onder meer betrekking op aspecten als administratieve bepalingen, duur, normbedragen, bevoegdheden, aanbestedingen, ontvangen subsidies en uitkeringen voor zover deze relevant zijn voor de financiële rechtmatigheid. In de door het de raad op 12 december 2024 vastgestelde normenkader voor de jaarrekening 2024 is de relevante externe en interne regelgeving opgenomen. Onrechtmatigheid op dit criterium heeft veelal betrekking op de aanbestedingsrechtmatigheid en de verstrekking van subsidies.
a. Aanbestedingen, toets aan de Europese wetgeving
De regels over aanbesteden staan in de Aanbestedingswet 2012 en het Aanbestedingsbesluit. In de Gids Proportionaliteit zijn de voorschriften uitgewerkt over de eisen, voorwaarden en criteria die aan inschrijvers en inschrijvingen worden gesteld. Het niet naleven van de Aanbestedingswet 2012 met betrekking tot deze Europese aanbestedingsnormbedragen bij een aanbesteding van opdrachten, leidt tot een financiële rechtmatigheidsfout. Bij zes crediteuren (zeven opdrachten) is sprake geweest van het niet correct naleven van de aanbestedingsregels. In totaal betreft het een bedrag van € 1.166.000. Opdrachten zijn dus onterecht niet Europees aanbesteed. Redenen zijn divers:
- Niet tijdig is onderkend dat over een reeks van jaren (bepalend zijn de uitgaven in de afgelopen vier jaren) zijn opgelopen tot de kritische grens (2 leveranciers);
- Een bewuste keuze voor een opdrachtnemer, gelet op zijn specifieke expertise en historische kennis op het werkgebied (3 leveranciers);
- Foutieve inschatting aan de voorkant over de uiteindelijk gunningsprijs (1 leverancier).
Voor een deel geldt dat de opdrachten doorlopen in 2025 en ook hiervoor zal gelden dat het leidt tot onrechtmatigheid in de jaarrekening 2025. Waar mogelijk hebben we in het proces maatregelen getroffen om onrechtmatigheid te voorkomen (inhuur personeel).
b. Aanbestedingen, lokaal inkoopbeleid
Hoewel de bepaling van de aanbestedingsrechtmatigheid de toets aan de Europese grensbedragen betreft schrijft de kadernota rechtmatigheid voor dat over het veelvuldig niet naleven van de gids proportionaliteit gerapporteerd dient te worden in de paragraaf Bedrijfsvoering. Intern hebben wij over ons intern inkoopbeleid gerapporteerd en de conclusie was dat in een zeer beperkt aantal gevallen niet de vereiste aanbestedingsrichtlijnen zijn gevolgd. Concreet: in 2024 zjin 675 inkoopformulieren ingevuld (vereist bij inkopen boven de € 2.000) . Bij 20 inkopen is (bewust) afgeweken van onze interne richtlijnen. Deze uitkomsten hoeven derhalve niet meegenomen te worden in de rechtmatigheidsverantwoording.
c. Subsidieverstrekkingen
Aan St. Welcom zijn een tweetal bijdragen aan hen verstrekt (grootste deel betreft werkzaamheden begeleiding ontheemden Oekraïne) zonder de vereisten van de Algemene Subsidieverordening te volgen. Een formele juridische basis ontbreekt derhalve. Met deze formele onrechtmatigheid zijn geen financiële consequenties gemoeid en volgens de richtlijnen (Kadernota Rechtmatigheid van de commissie BBV) telt dit niet mee in de rechtmatigheidsverantwoording van het college.
d. Overig
- Volgens de "Kadernota Rechtmatigheid 224" van de commissie BBV dienen niet-financiële onrechtmatigheden in verband met het niet naleven van bepalingen in de
wet Fido en bijbehorende Regelingen te worden opgenomen en toegelicht in de paragraaf bedrijfsvoering. In de paragraaf "Financiering" wordt melding gemaakt van een tijdelijke overschrijding van de kasgeldlimiet. Deze overschrijding blijft echter binnen de daarvoor gestelde richtlijnen (maximaal 2 achtereenvolgende kwartalen);
- Tot slot heeft onze accountant Stolwijk Kelderman ons er op gewezen dat bij de Wmo indicaties de identificatie alleen wordt vastgelegd dat het ID is ingezien. Hierbij wordt niet vermeld de soort ID, ID nummer en geldigheidsduur. Hiermee is een zichtbare controle door de accountant niet mogelijk en beoordelen zij dit als een formele rechtmatigheidsfout. Inmiddels hebben wij deze procedure aangepast en in 2025 worden de gegevens wel vastgelegd. Deze constatering heeft geen impact heeft op de hoogte van het bedrag aan onrechtmatigheden.
Misbruik en Oneigenlijk gebruik criterium
In 2024 zijn geen bijzonderheden ten aanzien van misbruik en oneigenlijk gebruik geconstateerd. In 2024 heeft het college van B&W een overkoepelende nota Misbruik en Oneigenlijk gebruik vastgesteld.
De Kadernota Rechtmatigheid 2024 schrijft voor dat we in deze paragraaf inzicht geven in de opboekingen van de vorderingen naar aanleiding van de teveel/foutief uitgekeerde PW (ten onrechte genoten). De afgelopen jaren is voor een totaalbedrag van € 172.549 ten onrechte aan uitkeringen verstrekt. Deze bedragen zijn/worden teruggevorderd en per 31 december 2024 staat hiervan nog een bedrag van € 102.479 aan vorderingen open.