Verdere ontwikkelingen

Personeelskosten
In de 1e tussentijdse rapportage zijn de personele kosten – n.a.v. diverse adviezen- bijgeraamd met € 763.000 (netto, na aftrek dekkingen € 448.000). Deze lasten zijn grotendeels structureel van aard. Hierna schetsen we diverse ontwikkelingen die actueel zijn. 

    Organisatieontwikkeling
In 2022 zijn we gestart met een onderzoek naar onze organisatie-inrichting. In de eerste fase is onderzocht in hoeverre aanpassing van de structuur wenselijk is om aan te sluiten bij de gewenste organisatieontwikkeling en het toekomstbeeld. Hieruit is naar voren gekomen dat het wenselijk is de structuur te wijzigen in het bijzonder om het  integraal werken en eigenaarschap te kunnen bevorderen en te zorgen voor een realistische span of control. Op het moment van schrijven van deze rapportage nadert het onderzoek de eindfase, de verwachting is dat verdere uitwerking in de tweede helft van 2023 volgt.
 
    Vacaturevervulling
Ook in Q1-2023 is net als in 2022 veel aandacht en inspanning gegaan naar het vervuld krijgen van vacatures. Dit kost relatief veel inspanning door de krapte op de arbeidsmarkt. De toename van vertrekkende medewerkers in 2022 die voor de nodige extra vacatures zorgden, is gestopt. De huidige vacatures zijn vooral het gevolg van (tijdelijke) uitbreiding en vervanging als gevolg van natuurlijke uitstroom.
Ook als het gaat om externe inhuur is merkbaar dat er sprake is van krapte, wat weer gevolgen heeft voor de tarieven. Stijging van externe inhuur wordt met name veroorzaakt door de behoefte aan tijdelijke ondersteuning i.v.m. tijdelijke werkzaamheden of tijdelijke specifieke (project)kennis en vervanging bij ziekte. Ook is het in een aantal gevallen ten gevolge van het niet (tijdig) kunnen vervullen van vacatures.
Tot op heden lukt het met veel inspanning de vacatures grotendeels vervuld te krijgen. Om dit ook in de toekomst te kunnen blijven doen, zijn projectgroepen gestart die zich o.a. bezighouden met Werving en Aantrekkelijk werkgeverschap.
 
    Ziekteverzuim
De afgelopen twaalf maanden is het ziekteverzuim binnen de gemeente fors gestegen. Eind Q1-2023 was het twaalf maanden voortschrijdend gemiddelde 7,1% (excl. sw-groep). Er is een aantal langdurige verzuimsituaties. Toch lijkt de stijging vooral samen te hangen met een toename van het aantal verzuimmeldingen. De gemiddelde verzuimduur is gestegen, maar aanmerkelijk minder hard dan het aantal verzuimmeldingen. Per afdeling wordt het verzuim nog geanalyseerd. 
Het verzuimpercentage ligt overigens redelijk in lijn met het verzuim en de stijging van gemeentes met dezelfde inwonersklasse. Deze sloten 2022 af met 6,5% verzuim, Montferland met 6,8%.
 
    Overige ontwikkelingen
2022 heeft in het teken gestaan van een aantal grote instrumenten (grotendeels voortkomend uit HR-strategie 2022-2025). Deze instrumenten zijn voorbereid en zijn Q1-2023 live gegaan. Dit zijn:

  • Nieuwe HR-gesprekkencyclus (Het Gesprek), waarbij de traditionele drie-gesprekkeneenheid is losgelaten en meer gericht op en vanuit eigen initiatief medewerker de gesprekken worden gevoerd; de eerste geluiden over deze nieuwe gespreksvorm zijn positief;
  • Montferland Academie: ten behoeve van de persoonlijke ontwikkeling van de medewerkers is een online leerplatform gelanceerd met een bibliotheek met standaardopleidingen dat aangevuld is met eigen materiaal en trainingen;
  • Optimalisering en digitalisering HR-processen: diverse HR-processen die handmatig werden uitgevoerd, zijn – na eerst geoptimaliseerd te zijn – gedigitaliseerd;
  • Ondersteuning medewerkers op financieel gebied: tezamen met ons eigen financieel loket is ondersteuning ingericht met verschillende mogelijkheden om medewerkers die door bijvoorbeeld de inflatie behoefte hebben aan financiële ondersteuning. In Q1-2023 is daar geen gebruik van gemaakt.


Sociaal domein
Op basis van de eerste resultaten 2023 en de afsluiting van het jaar 2022 zijn de budgetten voor 2023 bijgesteld. Hierbij is o.a. rekening gehouden met tariefstijgingen en de toenemende zorgbehoefte. Zo zien we bij de diverse voorzieningen (rolstoel, vervoer, woon) de zorgbehoefte toenemen. In totaal ramen we ca. € 300.000 op voorhand bij. Bij de WMO huishoudelijke verzorging in natura, PGB en Jeugd PGB voorzien we juist lagere uitgaven door minder behoefte, totaal minderuitgaaf van ca € 260.000. Bij de Jeugd Landelijk gecontracteerde zorg zien we sterk fluctuerende kosten. Het betreft een open-einde regeling, waarin een enkel geval al voor hoge kosten kan zorgen, hierdoor  fluctueren de kosten sterk. Gezien recente ontwikkelingen voorzien we ca € 200.000 meer uitgaven. 

Vanaf juli 2022 is er begonnen met een nieuwe manier van het inkopen van zorg op basis van Lumpsum gezamenlijk met 8 Achterhoekse gemeenten. Zorgaanbieders worden nu maandelijks bevoorschot op basis van het aantal afgesproken plekken. Er zijn nieuwe contracten afgesloten met aanzienlijk minder zorgaanbieders dan voorheen. De contractprijzen worden na een jaar opnieuw onderhandeld waardoor de nieuwe tarieven per juli 2023 gaan gelden. De verwachting is dat er flinke tariefstijgingen komen en derhalve zijn onze budgetten op voorhand met 10% verhoogd. Dit betreft een indicatie en zal bij de tweede tussentijdse rapportage worden geactualiseerd. De verhoging van de Lumpsum bedragen van 10% (ca € 650.000) wordt op voorhand gedekt door een onttrekking aan de reserve Sociaal Domein. Hierdoor loopt deze verhoging budgettair neutraal door de begroting heen.

Bij onderdeel statushouders krijgen we de kosten van de Wet Inburgering volledig via een SPUK (Specifieke Uitkering) vergoed. Derhalve ramen we € 100.000 extra inkomsten om onze kosten te dekken. Vanuit Armoede en schuldenbeleid verwachten we een bijstelling van de kosten van € 50.000. Dit heeft vooral betrekking op het hybride dienstverleningsmodel van de Stadsbank. Vanuit de dienstverlening WsW vallen de uitgaven ca € 91.000 hoger uit dan verwacht. Bij de meicirculaire wordt bekend in hoeverre we hiervoor gecompenseerd gaan worden. In deze 1e tussenrapportage is geen verdere compensatie opgenomen en leidt tot een nadeel. 

Binnen het domein van de ToZo ontvangen we naar verwachting € 60.000 van o.a. aflossingen leningen sociale uitkeringen. Deze zijn niet geraamd maar worden wel ontvangen. Voordeel voor deze rapportage. 
Als laatste de BUIG. Waar we in het verleden nog een positief saldo op de BUIG konden rapporteren zien we met de huidige stand van zaken een trendbreuk. Deze is in 2022 ingezet en toen is de BUIG ook al neerwaarts bijgesteld (maar nog steeds positief). Na de meest recente informatie stellen we de BUIG met € 190.000 neerwaarts bij zodat deze budgetneutraal door de begroting loopt.